BR>Het idee is afkomstig uit Zweden. Bedacht door twee journalisten die er een uitgever voor vonden. Sindsdien kwamen er gratis treinkranten in Nederland (twee zelfs, Metro en Spits) en in Zürich, Praag, Parijs, Londen, Rome, Madrid en Santiago de Chili. In de diverse steden gaat het om stadskranten; in Zweden, Nederland en België om landelijke kranten. Bij ons zelfs twee, want Metro zal zowel in het Nederlands als het Frans verschijnen. Wie naar Brussel pendelt, mag nu al noteren dat de kleur van de Nederlandstalige Metro blauw is en die van de Franstalige groen.

De laatste plaatsen moeten nog worden ingevuld, maar bij mekaar zullen zo'n veertig personeelsleden Metro runnen. De helft daarvan zijn journalisten. Hoofdredacteur is Luc Rademakers, bijgestaan door eindredacteur Bart Franssen. Het aantal Nederlandstalige en de Franstalige redacteurs is netjes verdeeld. "Tot nog toe vormt het geen probleem om een tweetalige redactie te leiden," zegt Luc Rademakers. "Ik verwacht ook geen problemen. De twee redacties werken autonoom. Informatie wordt uitgewisseld, maar niet vertaald, wel anders verwerkt."

Marktstudie

De 37-jarige Luc Rademakers is een Hasselaar die nu in Leuven woont. Hij studeerde filosofie, maar werkte altijd voor

Het Belang van Limburg

, waar hij diverse functies invulde, van

soirist

tot eindredacteur. Stort hij zich in een avontuur? "Zeker niet," antwoordt hij krachtig. "Als dit de eerste Metro was, zou je het een avontuur kunnen noemen, maar dit is de tiende of zo. Metro doet het overal goed. Als het ding goed gemaakt is, werkt het."

"Metro is geen huis-aan-huis-blad. Evenmin een reclameblaadje. Het is een echte en ernstig gemaakte krant waarin u alle belangrijke onderwerpen uit de actualiteit zult terugvinden. Metro is de krant van de ochtend, gericht op een strak afgelijnd doelpubliek. De normale kranten zijn grote stoomboten, log en moeilijk te manoeuvreren, gegroeid uit een lange traditie. Metro is een speedbootje, snel en wendbaar. We zijn uitgegaan van de vraag: welk publiek staat open voor dit soort krant? Vanuit die marktbenadering hebben we het concept uitgetekend."

"De lezers waarop we mikken zijn jong, actief en goed opgeleid. Ze wonen niet noodzakelijk in de stad, maar zijn wel stedelijk georiënteerd. Het zijn interessante consumenten die uitgaan, reizen, een pc hebben, hun weg weten op het internet, open staan voor nieuwe dingen. Dat is belangrijk voor de adverteerder. Die lezer beschouwt publiciteit trouwens ook als een bron van informatie. Als er een nieuwe gsm op de markt komt, wil hij dat weten."

"Wij gaan verder dan de buitenlandse voorbeelden, die eerder traditioneel zijn. Wij zijn echt uitgegaan van de marktstudie en hebben ons daar honderd procent op afgesteld. In feite positioneren we ons tussen de gewone krant en het internet. U zult trouwens opmerken dat één artikel op drie verwijst naar een website."

"Metro wordt gemaakt voor lezers die twintig minuutjes op de trein of in de metro zitten. Daarom geen grote verhalen, geen dossiers, geen lange interviews. Die mensen hebben daar geen tijd voor. Wij brengen ook geen regionaal nieuws en geen uitgebreid sportkatern. Die ambities hebben wij niet. We nemen de lezer niet bij het handje. Daarom geen politieke commentaren, noch ideologische bespiegelingen. Metro heeft geen mening, Metro informeert, Metro gaat ervan uit dat de lezer genoeg heeft aan de feiten."

"Wat wij wel brengen, is dat wat ons publiek op dat tijdstip van de dag nodig heeft: korte en zakelijke berichten over de actualiteit van de dag. Je moet Metro in feite zien als een radionieuws op papier. Een lang radionieuws, want bij mekaar brengen we per dag ten minste 140 items."

"We stellen ons helemaal in op de lezer. Ons weerbericht is dat van morgen. Welk weer het vandaag is, heeft hij al lang gezien. Onze tv-programma's beginnen vanaf 18 uur. Aan wat er voordien is, heeft hij toch niks, want hij zit op zijn werk of op school."

Aanvulling

Metro wordt bij Roularta in Roeselare gedrukt op tabloïd-formaat. De krant wordt geniet en ziet er zeer verzorgd uit met kwaliteitsvolle kleurfoto's. Op zaterdag is er géén Metro. Logisch, de trein- en metrogebruikers blijven dan thuis. In een eerste fase bedraagt de oplage 160.000 exemplaren: 80.000 Nederlandstalige en 80.000 franstalige. De bedoeling is dat aantal gaandeweg op te drijven tot 200.000, eventueel 250.000. Het aantal pagina's is 24, maar er bestaan schema's tot 40 pagina's, met als sleutel een verhouding van 70% redactionele ruimte tegenover 30% advertenties.

De redactie telt momenteel nog geen twintig koppen. Kun je daar twee kranten mee maken? "Dat lukt nipt," antwoordt Luc Rademakers. "Op enkele uitzonderingen na zijn onze journalisten allemaal jongeren die hun eerste stappen in het vak zetten. Hou er wel rekening mee dat 8 uur werken hier gelijk staat met 8 uur productie. Niemand gaat buiten. Noch naar persconferenties, noch naar uitslaande branden, noch naar Europabekermatchen. De krant wordt uitsluitend op de redactie gemaakt."

"Onze informatie komt voor pakweg 60% van de persagentschappen, voor 30% van het internet en de radio en de televisie en voor 10% uit nog andere bronnen. Uiteraard wordt dat nieuws verwerkt op een deontologisch verantwoorde wijze. De journalistieke

basiscs

gelden ook hier."

"Met de kranten van de RUG, Het Belang van Limburg en Gazet van Antwerpen, hebben we een samenwerkingsovereenkomst. Ook met die van Sud Presse. Maar wij hebben geen toegang tot de redactionele productie van die kranten. Dat wou ik ook niet. Dat zijn andere kranten met een benadering die voor ons niet werkbaar is."

Rademakers weet het maar al te goed: hij is niet welkom. De andere uitgevers en de dagbladverkopers zien Metro alleen maar als een ongewenste concurrent die zal wegen op de verkoop van de betalende kranten. "Dat wil ik relativeren," zegt hij. "In Nederland is sinds de komst van Metro en Spits de verkoop van de gewone kranten teruggelopen met 0,4%. Dat is minimaal en het is nog maar de vraag of dat omwille van Metro en Spits is."

"Ik geloof nooit dat de pers met Metro het paard van Troje binnenhaalt. Wij zijn veel minder een concurrent dan een aanvulling. Wij mikken niet op de 51% Belgen die een krant leest, maar op de 49% die dat niet doet. Op die manier kan Metro een instap zijn. Metro is 's morgens de eerste krant, de smaakmaker. Via Metro zal een deel van onze lezers er meer van willen weten en geneigd zijn verdere informatie te zoeken in een gewone krant."