Militanten van zowel de christelijke vakbond ACV-BIE, als van het socialistische BBTK-ABVV en van de liberale ACLVB deelden maandagochtend pamfletten uit aan de werknemers bij de ingang van Janssen Pharmaceutica in Beerse. Een groot spandoek met daarop het woord Respect! prijkte aan de toegangspoort van het farmaceutisch bedrijf.

De bonden voerden maandag over het hele land actie naar aanleiding van de verzelfstandiging van de winkels van supermarkt Delhaize. De actievoerders zien gelijkenissen tussen de problematiek bij Delhaize en de recente perikelen bij Janssen Pharmaceutica. Daar moeten uiteindelijk 154 jobs op de onderzoeks- en ontwikkelingsafdeling verdwijnen. Het sociaal plan hierover is afgerond, maar over de afhandeling daarvan heerst bij de bonden ongenoegen.

“Door winkels te verzelfstandigen doet Delhaize aan een verkapte vorm van sociale dumping om zo de lonen met 30% te doen laten dalen op termijn. Ook bij Janssen is er al jaren sprake van sociale dumping”, vertellen vakbondsafgevaardigden Peter Goris (ACV-BIE), Eric Vuchelen (ACLVB) en Serge Seret (BBTK-ABVV). “Vele contractoren werken aan lagere lonen en minder gunstige arbeidsvoorwaarden zoals slechtere hospitalisatieverzekering, minder maaltijdcheques en een kleinere groepsverzekering). Zij doen nochtans dezelfde job als de eigen medewerkers. Nieuwe Janssen-medewerkers moeten in lagere en slechtere loonschalen werken. Kaderleden wordt het wettelijk recht op syndicale vertegenwoordiging ontzegd.”

Vrijwillig vertrek

Op het vlak van de huidige herstructurering eisen de vakbonden respect voor het sociaal overleg. “Het is onaanvaardbaar dat Janssen Pharmaceutica werknemers die zich vrijwillig opgeven niet wil laten vertrekken, terwijl afdelingsgenoten die willen blijven wel moeten vertrekken”, verduidelijkt Serge Seret. “Zo zijn er nu op een afdeling vijf personen die weg moeten terwijl acht afdelingsgenoten vrijwillig willen vertrekken, maar niet mogen gaan. Dit druist helemaal in tegen de geest van het sociaal overleg om zo weinig mogelijk mensen rechtstreeks te treffen en zo veel mogelijk vrijwilligers te laten vertrekken.”

“Als we dan ook nog te horen krijgen, dat het vooral mensen zijn met ‘beperkingen’ die moeten gaan, dat is dit voor ons een brug te ver. Dat gaat ook in tegen het credo van Janssen Pharmaceutica”, vindt Serge Seret. “Wij verwachten net dat een gezondheidsbedrijf als Janssen Pharma de ethische plicht heeft om zorg te dragen voor alle medewerkers. Als er alleen naar de winstcijfers wordt gekeken, dan zijn begrippen als diversiteit en inclusie blijkbaar plots een ver-van-ons-bedshow. We zeggen helemaal niet dat het slecht werken is bij Janssen maar het is wel slechter geworden.”

Credo

De militanten roepen de directie op om grondig na te denken over hoe bepaalde beslissingen over het sociaal plan worden afgewikkeld. “Wij eisen in het kader van het sociaal plan dat Janssen zijn fout inziet en zijn eigen credo naleeft”, luidt het nog bij de syndicale organisaties. “Geen afrekening bij mensen die wel functioneren, maar voor hen een ‘beperking’ hebben. Dat blijft voor ons onaanvaardbaar. Geen sociale dumping bij Delhaize, maar ook niet bij Janssen.”

Sociaal plan

“We betreuren deze actie omdat de situatie bij Janssen Pharmaceutica en Delhaize totaal niet te vergelijken is”, reageert woordvoerder Tim De Kegel van Janssen Pharmaceutica. “Eerder dit jaar hebben we een intentie tot organisatorische wijziging binnen de afdeling Onderzoek en Ontwikkeling bekendgemaakt. Na overleg met de sociale partners, kon het aantal naakte ontslagen tot bijna de helft gereduceerd worden. We willen dit aantal nog verder naar beneden brengen door het toepassen van Campusvrijwilligheid, wat betekent dat een collega met een vergelijkbare functie onder bepaalde voorwaarden vrijwillig kan vertrekken in de plaats van een collega waarvan de functie is weggevallen. Janssen Pharmaceutica beschikt bovendien over een sociaal plan, dat in overleg met de sociale partners werd opgesteld. Voor medewerkers in een getroffen functie zorgt dit sociaal plan voor een intensief begeleidingstraject met het oog op hertewerkstelling en een financiële ondersteuning.”