De politie werd op 25 augustus 2022 naar de camperparking in Brasschaat geroepen voor een vechtpartij tussen twee mannen, waarbij een van hen gewapend was met een mes. De agenten troffen een dronken Carl A. met bebloed gezicht aan. René V. had twee messteken in de schouder en de maag opgelopen.

Uit de verhoren van de betrokkenen en de getuigen bleek dat Carl A. ruzie met een jongeman had gekregen. René V. was tussen gekomen en had Carl A. proberen tegen te houden toen die achter de jongen wilde aangaan. Het kwam tot een vechtpartij, waarbij Carl A. enkele slagen moest incasseren en tegen de grond werd gewerkt. René V. trok zich vervolgens terug in zijn camper. Carl A. wilde het er echter niet bij laten en nam een mes. Hij trok de camperdeur open en stak René twee keer. Die deelde daarop nog enkele klappen uit.

De procureur vond het bewezen dat Carl A. de intentie had om René V. te doden, gelet op de plaats en de ernst van de messteken. Hij had ook met voorbedachten rade gehandeld, omdat hij doelbewust een mes was gaan halen. Van wettige zelfverdediging of uitlokking door het slachtoffer was volgens het openbaar ministerie geen sprake. René V. wordt mee vervolgd voor de slagen aan Carl A.

De verdediging van Carl A. betwistte de intentie tot doden en de voorbedachtheid en vroeg een herkwalificatie naar opzettelijke slagen en verwondingen. “Hij was kwaad en voelde zich vernederd na dat pak slaag. In een opwelling nam hij dat mes van tafel en bracht hij die messteken toe. Hij wilde het slachtoffer niet doden, zijn verwondingen waren niet levensbedreigend”, pleitte meester Anaïs Goos, die een straf met probatie-uitstel vroeg.

De advocate van René V. pleitte de vrijspraak op basis van de wettige zelfverdediging. Minstens was er volgens haar sprake van uitlokking. “In beide fases ging de agressie van Carl A. uit. Mijn cliënt probeerde zich alleen maar te verweren”, stelde meester Tanja Smit, die 5.000 euro morele schadevergoeding vorderde.

Vonnis op 25 april.