De Commissie stelde haar plan voor het verduurzamen van de visserijsector en de aquacultuur (waarbij aquatische organismen als vissen, schaal- en schelpdieren en waterplanten worden gekweekt of geteeld) een maand geleden voor. Onder meer via het gebruik van schonere energiebronnen en het afbouwen van het gebruik van fossiele brandstoffen moet de impact op de mariene ecosystemen worden verkleind.

“Terug naar de tekentafel”

Tijdens een eerste gedachtewisseling met de bevoegde ministers bleken heel wat lidstaten sceptisch te staan tegenover het Commissievoorstel, zegt minister Crevits, die namens heel België het woord nam. Ze stuurt het hele visserij- en oceaanpact van de Commissie zelfs “terug naar de tekentafel”.

“We hebben serieuze bezorgdheden over de haalbaarheid en de werkbaarheid van de Europese plannen voor de visserijsector”, legt Crevits uit. “Voor ons geen afhankelijkheid van invoer uit derde landen die veel minder duurzaam werken, omdat we onze eigen vissers onhaalbare of onwerkbare verplichtingen opleggen. Onze vissers doen vandaag al veel inspanningen en zijn bereid dat ook in de toekomst te doen, maar wel op basis van werkbare voorstellen en in voortdurend overleg met onze vissers.” Daarenboven ontbreekt het in de Commissievoorstellen aan een grondige socio-economische impactanalyse, zegt Crevits.

“Transitie allesbehalve evident”

Behalve op brandstoffen, legt de Commissie ook de focus op visserijtechnieken, die eveneens moeten verduurzamen. Het gaat dan bijvoorbeeld om de geleidelijke afschaffing van de bodemvisserij met gesleept tuig tegen 2030 in alle beschermde mariene gebieden. “België gaat ermee akkoord dat (energietransitie en verduurzaming) in de visserij- en de aquacultuursector een belangrijk thema is en onderschrijft een duurzame toekomst voor beide sectoren”, zegt Crevits. “Maar uit gesprekken met scheepsbouwers blijkt zo’n transitie op het terrein allesbehalve evident. Als je alternatieve brandstoffen gebruikt, heb je hiervoor meer ruimte nodig aan boord van vaartuigen, ook al om de veiligheid en de stabiliteit te verzekeren.”

Volgens Crevits moet Europa investeren om iedere vloot leefbaar te houden omdat die actief bijdraagt aan de lokale voedselvoorziening.