© BELGA
Ook na povere Tirreno is Mathieu van der Poel een van dé kanshebbers in Milaan-Sanremo: “Liefst zou ik zaterdag in topvorm zijn, maar...”
Niemand die Mathieu van der Poel (28) durft af te schrijven voor Milaan - Sanremo. Ondanks zijn eerder povere Tirreno - Adriatico noteren de bookmakers hem nog altijd bij de vijf grootste kanshebbers om het af te maken op de Via Roma. Dat hij zelfs niet in blakende conditie hoeft te verkeren in La Primavera, bewees hij vorig jaar door er na een verstoorde voorbereiding in zijn eerste koers van het jaar al een podiumplaats te versieren.
Harken. Het is iets dat we Mathieu van der Poel niet vaak zien doen. In rit vier van de Tirreno viel het nog eens voor. Op de Tortoreto Alto, die vier keer overwonnen moest worden, zat hij al bij de eerste passage ver. Rood aangelopen leek hij daar op zo’n 50 kilometer van de finish al alle zeilen te moeten bijzetten. Bij de volgende passage op de top hing zijn wagonnetje er niet meer aan. Van der Poel vocht nog terug, maar finishte uiteindelijk als 63ste. Na ene Valentin Ferron en nog net voor Dario Cataldo. Niet het gezelschap waarmee hij doorgaans naar de meet trekt. Maar, de Cipressa en de Poggio zijn de Tortoreto Alto niet. Het gemiddelde stijgingspercentage van de twee slotklimmetjes in La Primavera is bijna de helft van de 7,5 procent in Tortoreto.
“Vorige week zou ik ook op de Poggio geen kloof hebben kunnen slaan”, grijnst Van der Poel. “Hopelijk lukt me dat zaterdag wel. Ik had de Tirreno nodig. Zo hard kan je niet trainen. Het was niet zo heel goed, maar ook niet dramatisch slecht. Ik geef toe dat ik dat ook niet verwacht had.”
© EPA-EFE
Zo kreeg MVDP niet meteen een positief signaal. Hij speelde wel twee keer de perfecte lead-out van Jasper Philipsen, maar reed zelf geen prijs. “Dat ik geen vertrouwensboost kreeg door een goed resultaat te rijden, daar hecht ik geen belang meer aan. Twee jaar geleden zakte ik er in Dwars door Vlaanderen al heel vroeg doorheen en de zondag nadien spurtte ik met Asgreen voor de zege in de Ronde. Helemaal onlogisch is het ook niet dat ik na de korte voorbereiding na het WK veldrijden in Hoogerheide nog niet top was in de eerste rittenkoers. Deze week heb ik gerust en af en toe nog eens heel even doorgetrokken. Hopelijk deed de Tirreno zijn werk en eigenlijk maak ik me daar zelfs niet eens zorgen over.”
Geen zorgen om rug
Links en rechts werd gefluisterd dat Van der Poel opnieuw lichte rugklachten had tijdens de Tirreno en dat hij daardoor niet voluit kon gaan. “Dat valt wel mee. Ik heb wel een paar ritten afgezien om het peloton te kunnen volgen, maar daar maak ik me niet druk om. Het gaat niet elke dag slechter of zo. Die rug heeft een beetje rust nodig. Ik zou er zo’n 15 à 20 minuten per dag oefeningen voor moeten kunnen doen, maar tijdens wedstrijden is dat onmogelijk. Daarom heb ik deze week wel de gym opgezocht om krachttraining te doen. Ik probeer het te onderhouden, maar als ik het door de drukke wedstrijdkalender een tijdje niet kan doen, dan ben ik er een week slecht van als ik de draad weer oppik. Dat maakt het er natuurlijk niet makkelijker op.”
“Ik heb vorig jaar bewezen dat ik niet top moet zijn om het podium te halen. Dat lukt me in de Strade nooit, daar móét je goed zijn.”
Mathieu van der Poel
Op Strava werden we deze week niet wijzer over de trainingen en de vorm van Van der Poel. De Nederlander plaatste vorig jaar nog alle data van zijn trainingen op het platform. Dat doet hij sinds dit jaar niet meer. “Ik had voor mezelf uitgemaakt om het één jaar lang te delen omdat ik links en rechts commentaar kreeg dat er over mijn trainingen niets bekend was. Vandaar dat ik het allemaal online plaatste. Ik vond dat ook leuk omdat ik op training zo veel mogelijk KOM’s (King of the Mountain, recordtijden op Strava op bijvoorbeeld een klim, red.) probeerde aan te vallen. Nu heb ik er geen behoefte meer aan om dat te delen. Andere renners doen het wel, maar de meeste plaatsen er geen hartslag of vermogens bij en dan heb je er niet veel aan, want je ziet niks.”
Voor de Strade Bianche kondigde Van der Poel zelf aan dat hij niet verwachtte echt een rol te kunnen spelen, maar Milaan - Sanremo beschouwt hij wel degelijk als de eerste echte grote afspraak van zijn seizoen. De timing van La Primavera lijkt MVDP zelfs niet eens zo slecht uit te komen. Na een lange aanloop gebeurt het zaterdag in principe toch allemaal in de laatste 30 kilometer.
“Je hoeft niet de beste te zijn om in Sanremo te winnen”, klinkt het bij Van der Poel. “Maar ik zou er toch liefst in topvorm aan de start staan. Het is elk jaar moeilijker om echt het verschil te maken op de Poggio. Je moet er al echt boven uitsteken. Het komt meestal toch nog tot een sprint. Ik heb vorig jaar bewezen dat ik niet top moet zijn om het podium te halen. Dat lukt me in de Strade nooit, daar móét je goed zijn. Dat zegt wel wat over die koersen. In de eerste 200 kilometer van zaterdag hoef je zelfs niet echt geconcentreerd te zijn. Pas vanaf de kustlijn begint het echt. Ik hoop er in Sanremo een eerste keer dicht bij te zijn. Het is geen verlengstuk van mijn voorbereiding meer.”
© BELGA
Drie speerpunten
Een resultaat kan Van der Poel ook met de ploeg neerzetten. Hij is niet het enige ijzer dat Alpecin - Deceuninck in het vuur heeft. Als het tot een spurt met een grote groep komt, beschikt Philipsen over een stel snelle benen waartegen amper iemand in de World Tour wat kan beginnen. Nieuwkomer Søren Kragh Andersen liet in de voorbije twee edities een plek in de top tien van Sanremo optekenen.
“Met Søren hebben we er iemand bij die al getoond heeft dat hij kan meespelen in Sanremo. Het is ook iemand die we beneden kunnen laten beginnen rijden en dat is wel een voordeel, maar het is natuurlijk eerst zaak om de Cipressa en de Poggio te overleven. Dat is ook wat Jasper gaat proberen. Als hij mee is en zich nog goed voelt, maakt hij meer kans om het af te maken in de sprint dan ik. Dan wil ik gerust voor hem aantrekken. Wij komen heel goed overeen en hebben daar niet veel woorden voor nodig. De afspraak is dat ik mijn koers rij op de Poggio en dat we daarna wel zien of hij mee is.”
Op papier heeft Alpecin - Deceuninck dus drie speerpunten. “Maar na de Poggio is het altijd een vraagteken hoeveel er daarvan nog meedoen voor winst. Wie ik er zeker verwacht? Goh, het is moeilijk om conclusies te trekken over wat iedereen de voorbije weken liet zien. Sanremo is zo’n specifieke wedstrijd. Dat Pogacar er zal staan, is niet echt een verrassing. Verder verwacht ik de gevestigde waarden die iedereen kent.”