Toiletten die gebruikt worden als opslagruimtes, hoofdtelefoons die te ver weg liggen of hoger gelegen ruimtes die enkel per trap bereikbaar zijn. Het is een rist voorbeelden die aantonen dat een museumbezoek allesbehalve evident is voor mensen met een beperking. Een brede uitrol van de European Disability Card (EDC) moet dat scenario omkeren. 

De EDC is een officieel document dat de Belgische overheid uitreikt aan personen met een beperking. De kaart heeft een glashelder opzet: inclusie in cultuur, sport en vrijetijdsbesteding bevorderen. Lokale besturen en organisaties beschikken over de mogelijkheid om voordelen aan zo’n kaart te koppelen. Denk aan een rolstoel, rechtstreekse ingang voor mensen met autisme of gereduceerde ticketprijzen in musea.

In 2017 werd de European Disability Card officieel voorgesteld in ons land, maar slechts weinig mensen waren op de hoogte van zijn bestaan. Daar moet nu dus verandering in komen. “We deden al heel wat zaken rond integrale toegankelijkheid in Antwerpen, maar dankzij de kaart zetten we een extra stap richting het brede publiek. Op die manier willen we ervoor zorgen dat de stad nog inclusieve en toegankelijker wordt. En dat is van groot belang”, vertelt schepen van Gelijke Kansen Karim Bachar (Vooruit).

“Inclusie en toegankelijk zijn fundamenteel, menselijk en warm”, sluit schepen van Cultuur Nabilla Ait Daoud (N-VA) zich aan. “Het is geen nice to have, maar een must have voor de stad. Een museumbezoek staat in het teken van beleving, en die beleving moet fijn zijn voor iedereen. Daarom werken we hard om de drempels die participatie in de weg staan weg te werken. Dat is niet altijd een fluitje van een cent, maar wel een cruciaal aandachtspunt voor onze bestuursploeg.”

“In historische gebouwen zoals het Rubenshuis botsen we op historische beperkingen, maar ook daar zetten we in op maximale toegankelijkheid. We zijn goed bezig, al hebben we nog heel wat werk voor de boeg.”

Simon Verbruggen, die lid is van de stedelijke expertengroep ‘Toegankelijkheid en handicap’ is hoe dan ook tevreden met het partnerschap van de stad en de EDC. “Antwerpen zet opnieuw een stap in de juiste richting. Er is nog steeds marge voor verbetering, maar we hebben een grote voorsprong ten opzichte van andere Vlaamse steden.”

“Ik vind het fijn om zien dat alle neuzen in dezelfde richting wijzen. Het is een rariteit dat schepenen een paradepaardje maken van inclusie en fysieke toegankelijkheid voor iedereen. Meestal staat het ergens onderaan op de agenda, hier is het andersom.”

“Sommige musea hebben nog werk voor de boeg, maar ze zijn er stuk voor stuk mee bezig, en de bewustwording neemt toe. De brede uitrol van de EDC zal dat alleen maar stimuleren. Ik keer ontzettend tevreden huiswaarts.” (lava)