De woensdagmarkt op het Sint-Jansplein. — © Joris Herregods
DE MARKTEN. Woensdagmarkt op Sint-Jansplein doet het goed: “Met een halve euro kan je hier al iets”
Het is een van die markten die het steevast goed doen, weer of geen weer, de woensdagmarkt op het Sint-Jansplein. Van tweedehands kleding tot potten, pannen en tajines. Van groenten en fruit tot kippenharten of verse vis. Het aanbod is hier legio, het publiek even divers. “Hier komen veel mensen die het niet breed hebben”, vertelt vaste bezoeker Mohammad Yousufi. “In de supermarkt betaal ik voor een kilo appelen drie keer zoveel.”
De zon schijnt en aan kapstokken wapperen truien en jurken vrolijk in de wind. Acht euro en je staat ‘in de nieuwe’. Wat verderop, alles wat je nodig hebt om je huis te doen blinken. Aan de overkant, twee mango’s voor één euro en nog wat verder een traditioneel slagerskraam voor wie zin heeft in een boterham met kip curry of verse worst, vanavond bij de puree.
“Wat mag het voor u zijn, meneer”, vraagt Jo Bakelants (60). “Eén kilo van dit”, wijst een man naar de uitgestalde kippenmaagjes. “En 300 gram kippenharten.” “Dat is dan 4,75 euro.” Jo glimlacht. “Dit is mijn vijftigste jaar als marktkramer.” Kippen Jo, zo heet zijn gevogeltekraam vandaag.
“Ik sta al sinds mijn elfde op de markt. Als klein manneke ging ik mee met mijn papa. Destijds stonden we met ons kraam in de Kerkstraat. Toen de markt daar verdween, zijn we naar hier verhuisd. Dat was in de jaren 70. Dus ik draai al heel lang mee op deze markt.” En dan is er toch wel het een en ander veranderd. “Vroeger was ’t Antwerps hier de wereldtaal”, grinnikt hij. “Nu verstaat bijna niemand dat nog.”
Het zijn vooral zijn eieren die op deze woensdagmarkt vlotjes over de toonbank gaan. “Mijn andere waren, die doen het vooral goed op de zaterdagmarkt op het Theaterplein. Maar daar heb ik natuurlijk een heel ander clientèle. Wanneer het hier het einde van de maand is, zoals nu, dan merk je dat echt.”
Naast het Sint-Jansplein en de exotische markt op zaterdag staat hij ook nog op het Laar in Borgerhout en in Edegem. “Hier doe ik het eigenlijk het minst van al. Dat komt omdat veel van mijn oudere klanten weggevallen zijn. In Borgerhout heb ik die oude klanten bijvoorbeeld wel nog. Maar dat neemt niet weg dat ik elke week met plezier naar het Sint-Jansplein afzak.”
Jo Bakelants is bezig aan z’n vijftigste jaar als marktkramer. — © Joris Herregods
Pinda’s in plaats van kokosnoten
Ook Willem Frank (60) is een deel van het vast marktkramers-meubilair van het Sint-Jansplein. Zijn pindakraam ‘Frank’s Pinda’s’, draait op volle toeren. Aan de lopende band schept hij pinda’s in papieren zakjes die hij ter plaatse brandt met zijn oude notenbrander.
Zes dagen per week staat hij met zijn kraam op markten in Brussel en Antwerpen. “In Schaarbeek, Sint-Jans-Molenbeek, aan het Zuidstation in Brussel, in Laken, Borgerhout en hier”, vertelt hij.
“Destijds ben ik begonnen op markten in Limburg. En ook op de Vogeltjesmarkt in Antwerpen heb ik gestaan. Maar dat ging allemaal erg slecht. Ik sprak geen Frans, maar besliste toen om naar Brussel te trekken. Mijn eerste keer daar was op een regenachtige dag aan het Zuidstation. En ik verkocht meteen meer dan op een goeie dag op de Vogeltjesmarkt.”
Dus besliste hij om het over een andere boeg te gooien. “Mijn klanten, dat zijn niet de autochtone Belgen, wel mensen van Marokkaanse, Turkse, Poolse en Roemeense origine. En dan zit ik hier op het Sint-Jansplein ook goed natuurlijk. Ik heb hier makkelijk 80% vaste klanten.”
Willem Frank verkoopt wekelijks veel pindanoten. — © Joris Herregods
Intussen heeft hij 45 jaar op de teller staan als marktkramer. En ook hij is in de voetsporen van zijn vader getreden. “Wij zijn Joods. Mijn vader heeft in een kamp gezeten. Toen hij daar uitkwam, wilde hij graag een groente- en fruithandel beginnen. Op een bepaald moment werd er een foute wagon geleverd. Pinda’s in plaats van kokosnoten. Die is hij dan maar gaan branden bij een plaatselijke koffiebrander om ze nadien op de markt te verkopen. En dat werkte. Mijn oudere broer kwam later op het idee om onze pinda’s op de markt zelf te branden. Dat doe ik nu nog steeds.”
Goedkoper dan de supermarkt
Het is intussen 12 uur voorbij. Nog een uurtje en de markt is ten einde. Maar in het groente- en fruitkraam van Kaya (50) blijft het druk. Negen jaar komt hij ondertussen naar hier. Daarnaast staat hij nog op de Vogeltjesmarkt en op de markt in Deurne. “Maar Deurne, daar loopt het echt niet goed”, zegt hij. “Hier wel. Hier draai ik het beste. Ik heb veel vaste klanten en merk ook dat er sinds een jaar meer volk naar de markt komt. Ik denk omdat het leven zo duur is geworden door de hoge energieprijzen en door de stijging van de prijzen in de supermarkt.”
Zelf probeert hij zijn waar voor zo laag mogelijke prijzen te verkopen. “We proberen in te kopen wat er op dat moment goedkoop is. Hier betaal je de helft van wat je in de supermarkt betaalt.”
Kaya: “Hier betaal je de helft van wat je in de supermarkt betaalt.” — © Joris Herregods
En dat weet Mohammad Yousufi ook. Hij woont op 5 minuten wandelen van het Sint-Jansplein en zakt elke woensdag af naar de markt met zijn vriend Gholam. “Wij zijn allebei alleen. Hier doen we samen onze boodschappen, genieten we van het zonnetje en doen we een babbeltje”, vertelt hij. “Ik kom hier vooral voor het fruit. Appelen, peren, mandarijnen. Elke keer koop ik bij hetzelfde kraam. Nu heb ik een kilo appelen kunnen kopen voor één euro. In de supermarkt zou me dat drie keer zo veel kosten. Deze markt is een goede zaak voor de mensen die niet veel geld hebben. Ik vind hier tweedehands kledij, huisraad, eten. Met een halve euro kan je hier al iets.”
Mohammad Yousoufi (links) en Gholam komen elke woensdag naar de markt op het Sint-Jansplein. — © Joris Herregods
Aan de andere kant van het plein wandelt een oudere man langs een kraam met kledij, weggedoken in zijn winterjas. Of hij hier geregeld zijn inkopen komt doen, vragen we hem. Hij schudt zijn hoofd. “Ik zou wel willen, maar ik ben dakloos en heb een bewindvoerder van wie ik niets mag uitgeven”, haalt hij zijn schouders op. “Ik wil af van die man.”
En dan plots lijkt het startschot gegeven om op te kramen. Niet verkocht waar wordt weer ingepakt, tenten worden afgebroken. Er steekt een snedige wind de kop op. Tijd om het voor bekeken te houden. Volgende week is het weer woensdag.
Morgen: donderdagmarkt Ten Eekhovelei in Deurne
© Joris Herregods
© Joris Herregods
DE MARKTEN
Gaat u nog geregeld naar de markt in uw buurt om inkopen te doen? En dan hebben we het niet over een middagje struinen op de exotische markt ’s zaterdags op het Theaterplein met een glaasje cava als verpozing. In heel wat Antwerpse wijken wordt er nog elke week een markt georganiseerd. Die echte buurtmarkten kennen vandaag een wisselend succes. In sommige wijken valt het aantal kramen op twee handen te tellen en is de opkomst navenant: triestig. Op andere plaatsen kunnen marktkramers steevast rekenen op een trouw publiek. Hoe dat komt? Met die vraag trokken onze reporters naar de verschillende uithoeken van de stad om er te spreken met marktkramers en bezoekers.
Hoofdpunten
Raoul d’Udekem d’Acoz, oom van koningin Mathilde, overleden
Wat doen Vlaamse comedians als er jonge kinderen in de zaal zitten? Alex Agnew: “Ik waarschuw ouders met een grappige noot”
Verdachte (33) opgepakt voor dood van Oostendse vrouw (64) die werd gevonden in Koewacht
Jana Elza Wuyts schrijft vervolg op eerste boek over Spaanse berghond Boef: “We zijn extreem lang radeloos geweest”
MEER OVER De markten
Schepen Peter Wouters over de Antwerpse markten: “Over 20 jaar hebben we ongetwijfeld nog méér markten”
De nieuwe alternatieve Duveltjesmarkt: waar marktkramers geen standgeld betalen
DE MARKTEN. Donderdagmarkt in Ten Eekhovelei valt niet meer te redden: “Verhuis was de grote boosdoener”
DE MARKTEN. De Bist in Wilrijk: “Het is allemaal wat kleiner, maar er is geen reden tot negativiteit”