Het mag een hele eer genoemd worden dat de collega’s van zusterkrant De Gentenaar met enige regelmaat Gazet van Antwerpen lezen. We zijn tenslotte allemaal van een Stad, zij het dan dat er bij ons iets meer resten van cocaïne in het Scheldewater zitten dan in die Vlaamse stad. Om maar iets te zeggen.

Naast geestverruimende middelen is ook parkeren een zaak die, meer dan gezond is, voor een verhoogde bloeddruk zorgt. In Antwerpen en in Gent. Gent, waar het stadsbestuur met het idee rondloopt om van het historische en beschermde Groot Vleeshuis een enorme fietsenstalling te maken.

Niet dat wij, Antwerpenaren, in deze affaire op welke manier dan ook onze stem moeten laten gelden. Al is die fietsenstalling nog zo’n slecht idee niet. De tent staat leeg en wordt gerestaureerd. En omdat Gent Bokrijk niet is, kan er na de geplande opfrisbeurt maar beter een nuttige invulling aan het gebouw gegeven worden.

Maar nogmaals, wie zijn wij? In Gent is er de jongste dagen al een flink verbaal robbertje uitgevochten tussen de voor- en tegenstanders van dit plan. En daar gaan wij, Antwerpenaren, ons niet mee bemoeien. Althans toch niet al te opvallend.

Maar die van De Gentenaar lezen dus de Gazet, waarin afgelopen week het parkeerbeleid in de stad, die van ons, is gefileerd. Minder auto’s op straat, meer in ondergrondse parkeergarages en met de park-and-rides kan en moet het nog beter. Nog steeds te weinig volk dat daar zijn kar wil neerzetten. Enfin, u hebt het ongetwijfeld allemaal gelezen.

Bij De Gentenaar, vilein als ze zijn, hebben ze van de gelegenheid gebruikgemaakt om een vergelijking te maken tussen het parkeerbeleid der steden Antwerpen en Gent. Twitterend weliswaar, maar daarom niet minder boeiend. Zelf zullen we dat niet zo snel doen. Al was het maar om de bloeddruk van mobiliteitsschepen Koen Kennis te ontzien. Gent en mobiliteit, het is een combinatie die acuut voor rode vlekken zorgt bij de man.

Evolutie

Ten onrechte zo blijkt, want wat concluderen onze Gentse collega’s? Dat het mobiliteitsbeleid van beide steden niet zo gek veel van elkaar verschilt. Kort samengevat komt het hierop neer: “Kennis wil ‘niks forceren’. Hij volgt de evolutie. De Gentse schepen gaat sneller, die stuurt meer de evolutie. En daar zit het grote verschil tussen de aanpak A en Gent: de snelheid. Gaat Kennis te traag of gaat Gent te snel?”

Om u een voorbeeld te geven. In Antwerpen is het allang geen taboe meer om vijf tot vijftien parkeerplaatsen te schrappen bij de herinrichting van straten. Net zoals in Gent, maar daar gaat het sneller. Daar zijn wijken waar in één keer dertig parkeerplaatsen verdwijnen ten voordele van de leefbaarheid.

Of deze: in beide steden neemt het gebruik van en de parkeerplaatsen voor deelauto’s toe. Antwerpen heeft er 213 en gaat op korte termijn naar 306 plekken. Gent heeft ruim 500 van deze standplaatsen en wil snel naar de duizend. Het verschil? Snelheid.

Wie er nu precies voldoende vaart houdt in de onvermijdelijke en noodzakelijke transitie van de stedelijke mobiliteit, laat De Gentenaar diplomatisch in het midden. Wij zullen hetzelfde doen, al is een beetje tempo nooit verkeerd. Het is zoals de mobiliteit zelf. Laat het vooruitgaan.