De feiten speelden zich af op 27 juli 2008. De brandweer werd opgeroepen voor een zware brand in een villa op de Steenweg op Turnhout in Merksplas. Daar woonde Wim Beckmann, een rijke Nederlander. In de slaapkamer trof de brandweer het levenloze lichaam van Samira Bekkar, de veel jongere vriendin van Beckmann, aan. Ze was doodgeschoten met twee kogels. Beckmann zelf was zwaargewond, hij had een schotwonde in de arm en verloor zijn linkeroog door een schampschot.

Aanvankelijk leek alles te wijzen op een afrekening. Beckmann, die in Nederland bekend stond als een notoir oplichter, was echter voor het gerecht al een aangebrande figuur. Enkele maanden na de dodelijke brand werd hij dan ook opgepakt als verdachte. De speurders hadden zijn DNA gevonden op het achtergelaten moordwapen, daarnaast bleek dat de slaapkamerdeur enkel geopend kon worden met een persoonlijke badge.

Kruitsporen

Volgens de speurders had Beckmann zichzelf met Samira opgesloten in de slaapkamer, haar doodgeschoten en daarop een overval had geënsceneerd. Hij zou zijn oog per ongeluk hebben uitgeschoten toen hij zichzelf een schampschot had willen toedienen.

Het gerecht miste één cruciaal spoor om Beckmann helemaal de das om te doen: kruitsporen op zijn handen, gezicht of armen. Volgens de speurders waren die tijdens zijn verpleging in het ziekenhuis gewist.

Assisen

Beckmann werd door de KI op 19 maart 2009 vrijgelaten zonder voorwaarden. Pas zeven jaar later duidde de raadkamer in Turnhout Wim Beckmann aan als enige verdachte van de moord op Samira Bekkar. In juni 2015 werd het dossier door de raadkamer overgemaakt aan het parket-generaal.

Donderdag nam de KI de zaak in beraad. “Op 23 februari wordt een uitspraak gedaan over een eventuele verwijzing naar het hof van assisen”, zo valt te horen bij de griffie. Beckmann zelf was niet aanwezig op de zitting. Hij werd ook niet vertegenwoordigd door zijn vroegere advocaat Walter Damen. De kans is groot dat het assisenproces bij verstek zal worden behandeld