Voor het onderzoek gaat de gemeente in zee met het Nederlandse bedrijf Roelofs, dat het drone-onderzoek aanbiedt. “Deze methode is nog vrij nieuw. We hebben de voorbije jaren een kleine 400 vluchten uitgevoerd in Nederland, in België gaat het om enkele tientallen”, zegt Paul Bouman van de firma Roelofs.

In Heist worden steeds twee teams gelijktijdig ingezet, ze zijn actief boven Heist-centrum en boven deelgemeente Booischot, waar de gemeente ook een beter zicht wil krijgen op de parkeerdruk. “De drone vliegt herhaaldelijk over dezelfde, vooraf geprogrammeerde route op zo’n 40 tot 45 meter hoogte. De beelden die ze verzamelen, worden samengebracht tot een grote foto, waarbij alle stukken die er niet toe doen er worden afgesneden. Onze software telt dan automatisch het aantal auto’s”, zegt Bouman.

Ook parkeerduur

Niet alleen het aantal wagens, ook de parkeerduur wordt gemeten. “We doen vluchten op verschillende momenten van de dag, waardoor de software ook data kan geven over hoeveel wagens langdurig of kortstondig geparkeerd stonden. Dat gebeurt door de meetmomenten te vergelijken op basis van het type wagen op een bepaalde plaats. Er wordt trouwens ook op drukke marktdagen gemeten”, zegt Bouman.

Deze manier van gegevens verzamelen is snel en de verwerking kan volautomatisch gebeuren door de software. Een heel verschil met vroeger, want geparkeerde wagens tellen was altijd arbeidsintensief. “Jobstudenten moesten het aantal auto’s handmatig tellen. Als ze wilden weten of ze lang of kort geparkeerd stonden, moesten ze ook nog eens nummerplaten noteren. Dit werkt veel makkelijker”, klinkt het.

“Deze innovatieve methode kan ons helpen om snel een goed beeld te krijgen op basis van objectieve gegevens. Die gaan we gebruiken om de juiste conclusies te trekken voor ons ambitieus mobiliteitsplan. Hoe worden de centrum- en randparkings gebruikt? Waar zitten de knelpunten? Het ultieme doel is om te meten hoeveel parkeerplaatsen er werkelijk nodig zijn. Zo kunnen we het aantal plaatsen aanpassen aan de echte behoeften: niet te weinig en niet te veel”, aldus schepen van Mobiliteit Katleen Vantyghem (N-VA).

Privacy

Privacy is wel degelijk een aandachtspunt, zo wordt nog benadrukt. “Drones filmen loodrecht naar beneden. De contouren van voertuigen komen op die manier duidelijk in beeld, maar personen, nummerplaten en andere elementen die de identiteit van iemand kunnen onthullen, blijven onherkenbaar. Geluidshinder door de drones verwachten we niet”, zegt Paul Bouman nog.

De eerste vliegmomenten werden uitgevoerd op 13, 17 en 21 januari. Ook op maandag 23 januari zullen er nog drones de lucht in gaan. De resultaten zouden in de loop van maart volgen.