De twee coronajaren lijken stilaan achter de rug, het gewone leven hervat zich. De manier waarop Gelenaars veerkracht tonen, probeerden sommigen na een oproep van de stad Geel in een gedicht te vatten. Die tekstjes zijn nu gebundeld in een gratis uitgave met als titel Mijn naam is Dimpna. Dat boekje bevat bijdrages van jong (14 jaar) tot oud (80) en alles daartussen, maar ook van mensen met een beperking of psychische kwetsbaarheid. Afscheidnemend stadsdichter Maarten Vanhoof nam er zijn gedicht in op dat hij speciaal maakte voor de troostplekken die intussen her en der in Geel zijn geïnstalleerd.

Individuele verhalen

Daarnaast start de stad Geel samen met de mondiale raad, de gezondheidsraad en ’t Origineel het project Open Boek op. Daarvoor werken ze samen met de Kempense socioculturele vereniging Avansa. “Iedereen denkt wel in wij en zij, zelfs in de socioculturele sector hebben het over doelgroepen”, sociaal-cultureel werker Pieter Desmedt van Avansa. “Op zich is daar niets verkeerd mee, maar je moet daar wel mee opletten. Want tenslotte gaat het om mensen, individuen. Hen indelen bij een doelgroep doet hen niet altijd recht als persoon.”

Die insteek komt nadrukkelijk naar voor in Open Boek: tien personen met een vreemde origine vertellen elk hun eigen unieke verhaal. “Daarvoor leiden we hen in enkele sessies op tot echte verhalenvertellers. Na die opleiding is het aan hen om hun verhaal te vertellen tijdens vijf verschillende toonmomenten, in één op één contact met de luisteraars. Daarna is er ruimte voor een persoonlijk gesprek.”

Die toonmomenten vinden plaats van eind juni tot oktober, met een eerste avond op 20 juni van 17u tot 19.30u in de stedelijke bibliotheek in Geel.