
©Matteo Gabrieli, Open Library ENIT
Van onbewoond tot dynamisch en bruisend
Dolce far niente op de Italiaanse eilanden
Geen zaligere manier om de zomer door te brengen dan op de Italiaanse eilanden. Overal om je heen toont de natuur zich van z’n mooiste kant terwijl kunstzinnige steden, idyllische stranden en lokale restaurants een heerlijk ontspannen sfeer creëren. Dolce far niente - of, zalig niets doen - op z’n best!
Met zo’n 800 zijn ze, de Italiaanse eilanden. Ze liggen verspreid van noord tot zuid en baden in diepblauw water. Bewoond of verlaten, je reist er altijd vlot naartoe en vertoeft er in alle rust. Eenmaal aangekomen, geniet je van een relaxte vakantie op een hemels stukje paradijs.
Egadische eilanden
Van deze vijf eilanden in het zuiden van Italië zijn er maar drie bewoond. Het rotsachtige landschap leent zich perfect voor een actieve wandeltocht. Onderweg ontdek je geheime grotten en weggedoken stranden. Het water rond de Egadische archipel maakt deel uit van het grootste beschermde zeegebied van Europa. Er groeit een gigantisch tropisch woud waar vissen, walvisachtigen en zelfs schildpadden leven. Die ontmoet je wanneer je vanuit de pittoreske vissersdorpen vertrekt voor een meerdaagse zeiltocht op zee.

Favignana, Egadische eilanden — © spooh by Getty Images
La Maddalena-archipel
In het azuurblauwe water tussen Sardinië en Corsica bots je op de uitzonderlijke Maddalena-archipel. De wind en de stroming boetseerden hier meer dan 60 kleine natuurstenen eilanden. Die vormen samen een natuurpark van zo’n 20.000 hectare met daarin toeristische highlights als de voormalige Amerikaanse militaire basis, de granieten rotsen van Spargi en het roze strand van Budelli.
Elba en de Toscaanse eilanden
Middenin de Toscaanse archipel drijft het derde grootste eiland van Italië. Dankzij de doortocht van Napoleon is Elba wereldberoemd. Al streden ook heel wat andere volkeren er om de macht. Van die geschiedenis proef je in de omwalde hoofdstad Portoferraio. Net buiten het centrum kom je tot rust in de thermen van San Giovanni. Vooral voor mensen met gewrichtspijn is het jodiumrijke water helend. Elba en de Toscaanse eilanden zijn populair bij snorkelaars. In het water leven garnalen, koralen, kreeften en barracuda’s.

Portoferraio, Elba eiland — © StevanZZ by Getty Images
Tremitische eilanden
Voor de kust van Puglia baden de Tremitische eilanden als een oase in de Adriatische Zee. De archipel herbergt een bijzondere onderwaterwereld en is geliefd bij duikers. Koppels zijn dan weer dol op een romantische picknick aan de charmante vuurtoren van San Domino. Ondertussen zakken cultuurliefhebbers af naar San Nicola, waar de abdij Santa Maria a Mare pronkt met een geweldige mozaïeken vloer.

Tremitische eilanden — © ARET Pugliapromozione Ph.: Vanda Biffani
Pontijnse eilanden
Wie na een trip naar Rome van het Italiaanse eilandleven wil proeven, reist verder naar de Pontijnse eilanden. Van deze zes eilanden is Ponza het grootst. Vlakbij de haven daal je af onder de grond, waar de Grotten van Pontius Pilatus zich verbergen. In een netwerk van tunnels en poelen werden hier ooit palingen gekweekt. Verderop brengt Zannone de Robinson Crusoe in jezelf naar boven. Dit onbewoond eiland behoort tot het Circeo National Park.
Procida, Capri en Ischia
Het mediterrane karakter van de Italiaanse kust geeft zich volledig prijs op Procida. De kleurrijke gevels en vissersbootjes heten je welkom wanneer je de haven binnenvaart. Een uitzicht waarvan je extra geniet vanop de toppen van de rotsen. Procida en de nabijgelegen eilanden Capri en Ischia zijn de bakermat van de Femminello St. Teresa citroen. Een glaasje Limoncello bij je diner mag dus niet ontbreken.

Procida — © RolfSt by Getty Images