Wat volgens De Tijd wel opvalt, is dat de Belgische ‘fixers’ dat liever niet deden vanuit ons land. Er duikt slechts één advocatenbureau op dat vanuit Brussel zes offshores bestelde in Panama, op de eilandengroep Samoa en op de Seychellen. Belgische adviseurs weken liever uit naar andere landen met een ‘gunstiger klimaat’, zoals Luxemburg, Zwitserland en Monaco.

De offshoreconstructies die de Belgische adviseurs opzetten, waren vooral bedoeld om bankrekeningen van hun klanten te verbergen. Maar ondertussen hebben heel wat Belgen de offshorebusiness vaarwel gezegd, want wie advies geeft over het verbergen van zwart geld is mededader van de fraude.

Fiscus laat offshores ongemoeid

De Bijzondere Belastinginspectie heeft nog maar een handvol van de 1.600 aangemelde offshoreconstructies gecontroleerd. Dat blijkt uit cijfers van minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA), waarover De Morgen woensdag bericht.

De BBI onderzocht vijftien dossiers in Gent en “enkele dossiers” in Antwerpen. Dat is een fractie van de 1.594 offshoreconstructies die in 2015 werden aangemeld bij de FOD Financiën. In 2014 werden ook al 1.331 offshores aangemeld.

Het gaat over buitenlandse constructies die zelf worden aangegeven. Sinds 2013 bestaat in België een meldingsplicht, maar de aangemelde constructies worden nauwelijks gecontroleerd.

Eind 2015 verstuurde de BBI Gent een uitgebreide vragenlijst naar een aantal belastingplichtigen die melding hadden gemaakt van hun constructie. Daar werden vijftien dossiers uitgepikt die verder worden onderzocht. Daarmee is Gent de beste leerling van de klas, want op Antwerpen na laten alle andere BBI-afdelingen de aangemelde constructies compleet ongemoeid. Dat blijkt uit een antwoord van minister van Financiën Johan Van Overtveldt (N-VA) aan SP.A-Kamerlid Peter Vanvelthoven, die pleit voor een nationaal actieplan.