De mozaïekwetten voor Justitie van 2013

20 JANUARI 2014 - Er komen acht fiscale strafrechters bij, de straffen voor sociale dumping worden vertwaalfvoudigd, de gebouwen van de vrederechters worden door de staat overgenomen, de raadkamer zal in de gevanenis kunnen zetelen, ook op het Hof van Beroep zal je alleenzetelende raadsheren in strafzaken hebben. Dat zijn slechts enkele punten uit de nieuwe mozaïekwet voor Justitie die de Kamer donderdagavond heeft goedgekeurd.

John De Wit

Mozaïekwetten zijn wetten waarin andere wetten uit alle mogelijke domeinen tegelijk worden gewijzigd. Al vele jaren wordt geprotesteerd tegen mozaïekwetten omdat ze alles aan alles koppelen bij de stemming en omdat de discussies onvoldoende worden uitgediept. Naarmate de parlementsleden hun dossiers minder gingen voorbereiden nam dat probleem nog toe. Momenteel bevatten mozaïekwetten vaak ook rechtzettingen van fouten uit eerdere wetten, die deels door het Grondwettelijk Hof zijn vernietigd.

Donderdag keurde de Kamer een mozaïekwet voor Justitie goed van 230 artikelen. Dat ontwerp is momenteel nog in behandeling in de Senaat. Eerder in oktober keurde de Kamer al een mozaïekwet over rechten van slachtoffers goed en veertien dagen geleden een mozaïekwet over de politie. Beide wetten "zijn" sinds 1 januari 2014 van kracht, een bepaald onderdeel van de nog niet goedgekeurde mozaïekwet van vorige donderdag "is" al sinds 18 december van kracht.

In dit artikel behandelen we de belangrijkste punten uit de mozaïekwet van vorige donderdag en geven we ook kort weer wat de eerdere mozaïekwet over slachtoffers bepaalde.

I. DE MOZAIEKWET JUSTITIE

I.1. STRAFZAKEN

I.1.1. FISCALE FRAUDE

Er verandert een en ander in de strijd tegen de fiscale fraude.

Iedere rechtbank moet voortaan minstens één onderzoeksrechter hebben die zich bij voorrang bezighoudt met financiële en fiscale strafzaken. Er komen ook acht strafrechters bij die gespecialiseerd zijn in financiële en fiscale dossiers. Die zullen worden ingeschakeld waar dat het meest nodig is. Momenteel gaan er drie naar Brussel en telkens één naar Antwerpen, Gent, Charleroi, Luik en…Brugge.

Hierop was nogal wat kritiek: "Waarom niet één strafrechter per nieuw gerechtelijk arrondissement? Is er geen fraude in Limburg dan? Is het daar niet nodig?", vroeg Stefaan Van Hecke (Groen). Turtelboom repliceerde dat die acht strafrechters zullen worden ingezet "waar dat het meest nodig is".

I.1.2. SOCIALE DUMPING

De straffen voor sociale dumping worden vertwaalfvoudigd.

In de Europese Unie kan iedereen vrij gaan werken waar hij wil. Sinds 1 januari geldt dat ook voor Roemenen en Bulgaren. Maar er zijn veel misbruiken. Buitenlanders die werken voor een firma in hun eigen land, worden naar België gedetacheerd. Ze worden hier soms zwaar onderbetaald en tewerkgesteld in mensonterende omstandigheden. Dat leidt tot oneerlijke concurrentie met correct werkende ondernemers, vaak familiebedrijven, die uit de markt worden geprijsd.

Daarom zullen de boetes voor werkgevers die geen correct minimumloon uitbetalen worden vertwaalfvoudigd, tenminste als er nog twee andere inbreuken op de sociale wetgeving zijn (bv. op de wetten over de werktijden, de wekelijkse rust, de feestdagen, de maaltijdcheques, de verplaatsingsonkosten e.d.). In die gevallen komen de strafrechtelijke boetes dan op 3.000 tot 30.000 euro, de administratieve komen op 150 tot 15.000 euro.

I.1.3. VOORLOPIGE HECHTENIS

De raadkamer en de Kamer van Inbeschuldigingstelling zullen in de toekomst in de gevangenis kunnen zetelen als ze een aanhoudingsbevel van een gedetineerde verdachte moeten verlengen. Nu moet dat nog in de rechtbank en dat schept allerlei transportproblemen (hoge kostprijs, extra werk voor het veiligheidskorps, milieuvervuiling, risico op ontsnappingen) en problemen met het vermoeden van onschuld (schendingen door de media). Die zullen in de toekomst voorkomen kunnen worden.

I.1.4. INBESLAGGENOMEN GOEDEREN

Het parket zal inbeslaggenomen goederen kunnen vernietigen. Die regel wordt ingevoerd omdat er te weinig opslagruimte is om alles te bewaren (weetplantages bv. ), omdat het opslaan van sommige goederen te gevaarlijk is (bv. vuurwerk, gasflessen, giftige stoffen, bijtgrage honden) of omdat de kosten van bewaring hoger zijn dan hun waarde (vb. waardeloze voertuigen). Momenteel moet alle bewijsmateriaal bewaard worden minstens tot de rechtszaak definitief is afgehandeld. Dat is zo omdat de verdachten hun betrokkenheid in de zaak moeten kunnen betwisten. Maar vele goederen worden langer bewaard, zelfs na de verjaring van de feiten.

Nu kan het parket alleen maar namaakgoederen eerder laten vernietigen. Die regel wordt nu algemeen. Het parket kan de vernietiging bevelen, maar er moeten wel foto's worden genomen en er wordt ook een staal bewaard. De verdachte kan tegen de maatregel naar de Kamer van Inbeschuldiging stappen om de vernietiging te verhinderen.

Als de verdachte later wordt vrijgesproken, dan kan hij de waarde van de vernietigde goederen in geld terugkrijgen van Justitie.

I.1.5. SALDUZ

De Salduz-regels voor het verhoren van verdachten worden uitgebreid. Door de zogenaamde Salduzwet krijgt iedere verdachte recht op bijstand door een advocaat bij zijn eerste verhoor. Alleen voor verkeersmisdrijven geldt dat niet.(Voor meer uitleg over deze wet, zie: hier, nvdr). Het Grondwettelijk Hof ging niet akkoord met een aantal stukken uit de Salduzwet. Zo vond het dat verdachten ook bij zware verkeersmisdrijven zoals een vluchtmisdrijf met gekwetsten, of dronkenschap (in herhaling) voor hun eerste verhoor recht moeten hebben op overleg met een advocaat. Dat wordt nu ingevoerd.

Verder wordt duidelijk bepaald dat tegen een niet-aangehouden verdachte die verhoord wordt, uitdrukkelijk moet worden gezegd dat hij mag weggaan als hij dat wil.

Tenslotte zegt de nieuwe wet dat een veroordeling zich nooit mag steunen op een schending van deze Salduzregels. Dus: verdachten die niet werden ingelicht dat ze een advocaat mogen raadplegen voor hun eerste verhoor, dat ze het recht hebben om te zwijgen en om weg te gaan en dat ze zichzelf niet moeten beschuldigen, kunnen niét veroordeeld worden op basis van verklaringen die ze hebben afgelegd in dat geval.

I.1.6. ALLEENZETELEND RAADSHEER

I.1.6.1. De wet

Over een beroep tegen een vonnis in een strafzaak mag in de toekomst door één raadsheer worden geoordeeld. De mozaïekwet herneemt hiermee een wetsvoorstel van Carina Van Cauter (Open Vld), dat eerder al door de Kamer was goedgekeurd, maar in de Senaat in de laden bleef liggen.

Momenteel komt een beroep in strafzaken altijd voor drie raadsheren. Dat is de filosofie van het beroep. Een rechter dient immers om een geschil tussen twee partijen (of bij een strafzaak: één partij en de staat) definitief te beslechten.

Het beroep lijkt op het eerste gezicht een "herkansing" en het lijkt dus in tegenspraak met de filosofie van wat een rechter doet, omdat zijn uitspraak blijkbaar toch niet definitief is. Toch bestaat het beroep omdat men de beslechting van een geschil niet wilde overlaten aan de willekeur van één individu. Daarom zou in beroep de "instelling" gerecht met drie rechters de beslissing overdoen.

Vonnissen van strafrechters moeten momenteel in beroep door drie raadsheren worden behandeld. Als het om een strafzaak gaat, dan kan de straf alleen verzwaard worden als de drie raadsheren daar unaniem mee akkoord gaan. Om de gerechtelijke achterstand terug te dringen wil Van Cauter dat ook in beroep één raadsheer kan beslissen. Meerdere alleenzetelende raadsheren vellen meer arresten dan evenveel raadsheren in één kamer, vond Van Cauter. Maar als één van de partijen vraagt om zijn zaak in beroep door drie raadsheren behandeld te zien, dan moet dat nog altijd.

I.1.6.2. Kritiek

== Op het Antwerpse Hof zijn ze tegen alleenzetelende raadsheren. Het systeem bestaat al in burgelijke zaken. "Weliswaar vellen de raadsheren die alleen zetelden 15,8% meer arresten, maar daaruit kan niet besloten worden dat het systeem efficiënter werkt. Men weet immers niet of zij niet de extra simpele zaken krijgen", zo leert het jongste jaarverslag.

Toekomstig eerste voorzitter Bruno Luyten vindt dat de voordelen van alleenzetelende raadsheren niet opwegen tegen de nadelen. En die zijn: de beslissingen verliezen kwaliteit; het is een gemiste kans voor de kennisoverdracht en de opleiding van nieuwe collega's; de samenhang in de rechtspraak neemt af; het gevaar voor subjectieve beslissingen blijft erg groot. (Welke maatregelen het Antwerpse Hof dan voorstelt om de gerechtelijke achterstand terug te dringen, leest U hier, nvdr).

== Ook de Orde van Vlaamse Balies is tegen dit onderdeel van de mozaïekwet. Ze wijst erop dat de reden waarom het systeem wordt ingevoerd niet bestaat: er is helemaal geen gerechtelijke achterstand in strafzaken. "Die is er wel in burgerlijke zaken en daar bestaat al de mogelijkheid om nog maar één raadsheer te laten beslissen in beroep in plaats van drie. Maar dat heeft de achterstand niet weggewerkt". Als de advocaten tegen Turtelbooms voorstel zijn, dan is het doodgeboren. Want iedere partij in een rechtszaak, en dus iedere advocaat, kan immers vragen om een zaak door drie raadsheren te laten behandelen. Dat zal dan dus heel vaak gebeuren.

Bijkomend probleem is hoe de verplichte unanimiteit moet gegarandeerd worden als slechts één raadsheer de straf wil verzwaren, zoals Sonja Becq (CD&V) tijdens het Kamerdebat opmerkte. Moet die ene raadsheer unaniem met zichzelf zijn of kan hij geen strafverzwaring opleggen, zoals een aantal juristen beweren.

I.1.7. FOURNIRETBESLUIT

het Fourniretbesluit van de Europese Unie wordt omgezet in de Belgische wet. Hierdoor kunnen Belgische rechters rekening houden met veroordelingen in andere EU-lidstaten om een verdachte in België zwaarder te straffen bij recidive. Momenteel tellen alleen feiten die in België gepleegd zijn voor strafverzwaring door recidive, niét feiten in een ander land. Dat maakte het mogelijk dat Michel Fourniret in België als conciërge op een school kon gaan werken, terwijl hij in Frankrijk ale een reeks veroordelingen had voor kindermisbruik. Men dacht dat hij een blanco strafregister had. Toenmalig Justitieminister Laurette Onkelinx (PS) wilde toen dat alle Europese lidstaten elkaar op de hoogte zouden houden van veroordelingen die hun onderdanen in eigen land hadden opgelopen. In 2004 besloten België, Frankrijk, Duitsland en Spanje om hun strafregisters aan elkaar te koppelen. Er kwam een proefproject van dat later tot elf landen werd uitgebreid. Dat leidde uiteindelijk tot het Fourniretbesluit van de Europese Unie.

Justitieminister Turtelboom maakt het nu ook juridisch mogelijk dat de rechters rekening houden met veroordelingen in het buitenland.

Op dit besluit was veel kritiek van o.m. professor Gert Vermeulen, maar men hield er in de Kamer alvast geen rekening mee. (Zie hier voor deze kritiek, nvdr).

I.1.8. TERBESCHIKKINGSTELLING

Slecht nieuws ook voor Marc Dutroux en consoorten. De terbeschikkingstelling van de strafuitvoeringsrechtbank zal maar starten nadat de celstraf volledig is afgelopen. (Lees hier alles over deze straf, nvdr).

Terbeschikkingstelling (TBS) is een bijkomende straf die kan worden opgelegd voor een duur van vijf tot vijftien jaar. Ze wordt uitgevoerd nadat de echte gevangenisstraf volledig is uitgezeten. De strafuitvoeringsrechtbank kan betrokkene dan na zijn straf nog altijd in de gevangenis houden.

Momenteel start de tbs nadat het effectieve gedeelte van de celstraf voorbij is. Met het uitstel wordt geen rekening gehouden. Daardoor krijgt een straf met uitstel weinig zin, want de tbs is misschien al gestart terwijl het uitstel nog loopt. In de toekomst zal men moeten wachten met de tbs tot de termijn van het uitstel helemaal is afgelopen.

I.1.9. FONDS VOOR VERKEERSVEILIGHEID

Het Fonds voor Verkeersveiligheid wordt hervormd. Dat geldt tenminste voor het geld dat Justitie uit dit fonds krijgt.

Het Fonds voor Verkeersveiligheid krijgt het geld van de geldboetes van de verkeersmisdrijven. Justitie krijgt hiervan onmiddellijk 5%. Dat geld wordt nu gebruikt voor alternatieve gerechtelijke maatregelen. Maar dat geld is niet opgebruikt. En door de huidige wet kan dit geld niet worden gebruikt. Turtelboom wil het voor andere doeleinden benutten, bv. voor de verdere uitbouw van een informaticasysteem om boetes voor overtredingen die in een ander land zijn begaan te kunnen innen. "Hier ligt nog een massa geld", beweert Turtelboom.

I.2. RECHTERLIJKE ORGANISATIE

I.2.1. GEBOUWEN VAN VREDERECHTERS

Er komt een oplossing voor de voortdurende ruzies over kapotte verlichting en wc's in de vredegerechten. De federale overheid, de Regie der Gebouwen dus, neemt de huisvesting van de vrederechters over van de gemeenten. In Vlaanderen zijn nog 25 vredegerechten gehuisvest in gebouwen van de gemeenten. In twintig gevallen zitten ze in gebouwen die eigendom zijn van de gemeente, in vijf gevallen huurt de gemeente die gebouwen voor haar vredegerecht. Deze regeling leidt al vele jaren tot betwistingen tussen de federale overheid en de gemeenten. Hiervoor komt nu dus een oplossing. De staat neemt nu alle kosten van de huisvesting van de vrederechters op zich.

In de provincie Antwerpen gaat het om 9 vredegerechten (Arendonk, Berchem, Borgerhout, Deurne, Ekeren, Geel, Heist-op-den-Berg, Schilde en Zandhoven). In Limburg om twee: Lommel en Houthalen-Helchteren. Behalve in deze laatste gemeente en in Ekeren en Geel zijn de vredegerechten in beide provincies gehuisvest in gebouwen die eigendom zijn van de gemeenten.

De Regie zal de gebouwen in Borgerhout, Deurne, Zandhoven, Heist-op-den-Berg en in het Limburgse Lommel binnen de tien jaar overkopen van de gemeente. Of ze van deze gemeenten huren. De andere gebouwen van de gemeenten in de provincies Antwerpen en Limburg waar nog vrederechters zitten, worden binnen de tien jaar verlaten en de Regie zal dan voor die vredegerechten een nieuw onderkomen zoeken.

In vijf Vlaamse gevallen huurt de gemeente zelf een gebouw voor haar vredegerecht. Dat is in de provincie Antwerpen zo in Arendonk, Ekeren en Geel. In de provincie Limburg is dat het geval voor Houthalen-Helchteren. De gemeenten zullen het huurcontract op de eerste vervaldag kunnen opzeggen. De staat zal vanaf 1 januari 2014 en tot het einde van het huurcontract zelf de huur betalen. Bij afloop van het huurcontract zal de staat voor een nieuw gebouw voor die vredegerechten zorgen.

In Wallonië zitten nog 22 vredegerechten in gebouwen van de gemeenten, in Brussel nog 10.

I.2.2. GERECHTELIJKE STAGIAIRS

Voor gerechtelijke stagiairs veranderen twee dingen:

* De gerechtelijke stagiairs worden nu nog benoemd per rechtbank. In de toekomst zal dat per hof van beroep zijn. Daardoor zullen ze op veel meer plaatsen inzetbaar zijn.

* Het zal ook niet meer mogelijk zijn om na je examen een paar jaar te wachten tot het gerechtelijke arrondissement van je keuze vrijkomt om daar dan benoemd te worden. Nu maakt men na ieder examen een lijst met geslaagden op. Als je niet kan benoemd worden op de post van jouw keuze kan je altijd wachten. Je moet wel binnen de drie jaar benoemd zijn. Als er een jaar later een nieuw examen komt, maakt men een nieuwe lijst op. Maar als je het jaar voordien jouw benoeming liet passeren, krijg je nu nog altijd voorrang op de mensen die geslaagd zijn in het recentste examen. Dat verandert. Bij benoemingen zullen altijd de geslaagden van het recentste examen voorgaan. Wie wilde wachten, komt dus niet meer vooraan, maar achteraan op de nieuwe lijst.

I.2.3. BUITENLANDSE MISSIES

Parketmagistraten die mee gaan op buitenlandse missie met het leger (bv. naar Afghanistan of Somalië) staan nu drie jaar op een lijst, vooraleer ze aangeduid worden. Om administratieve redenen wordt die termijn opgetrokken tot vijf jaar.

I.2.4. INSTITUUT GERECHTELIJKE OPLEIDING

Het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding, dat de rechters en het gerechtelijk personeel vormt, moet niet meer voor drie vierde van zijn opleidingen een beroep doen op de universiteiten, maar nog slechts voor de helft.

De relatie met de universiteiten was het grote discussiepunt toen het IGO werd opgericht. De CD&V, onder leiding van Hugo Vandenberghe, wilde toen aanvankelijk helemaal geen IGO. Vandenberghe vond dat opleiding en vorming een gemeenschapsbevoegdheid waren en dat de rechters maar door de universiteiten moesten worden opgeleid. De meerderheid, waar CD&V toen geen deel van uit maakte, besloot dat het IGO er toch kwam op federaal niveau, maar dat de universiteiten het leeuwendeel van de cursussen moesten organiseren.

Na jaren werking blijkt volgens Sonja Becq (CD&V) nu dat de universiteiten amper 30% van de vorming kunnen verzorgen. Vandaar de verandering.

Turtelboom: "De vormingen van magistraten en gerechtspersoneel worden steeds minder academisch en meer praktijkgericht. Dat laatste kan best door het IGO zelf gebeuren. Zo kan met hetzelfde geld beter ingespeeld worden op de noden van het gerecht zelf".

Verder worden de twee afdelingen binnen het IGO, één voor de rechterlijke orde en één voor het gerechtspersoneel, gefusioneerd. En ook wordt ook één adjunct-directeur geschrapt, zodat er nog één overblijft, naast de directeur.

Het IGO werd in 2007 opgericht, heeft een budget van 5,2 miljoen euro en 21 personeelsleden onder leiding van Edith Van den Broeck. In 2012 volgende 6.494 mensen een opleiding bij het IGO. Dat is 41% van de cliënteel waarvoor het instituut bedoeld is.

I.2.5. ZITTINGSBLAD

Het "zittingsblad" wordt opnieuw ingevoerd. Op dat blad staat het verslag van de zitting en ook het vonnis. Het was afgeschaft omdat men dit allemaal elektronisch zou doen. Omdat de informatisering van het gerecht maar niet vlot, moeten een heleboel dingen nog op papier gebeuren.

Bovendien zal de procureur niet meer altijd het zittingsblad moéten controleren, hij kan dit nog doen.

I.2.6. TIJDELIJKE KADERS HOF

De tijdelijke kaders tegen de gerechtelijke achterstand bij de hoven van beroep worden eens te meer verlengd. Met twee jaar.

De "tijdelijke kaders om de gerechtelijke achterstand bij de hoven van beroep terug te dringen" bestaan uit 28 raadsheren en 4 substituten-procureur-generaal. Ze werden in 2001 "eenmalig" ingevoerd nadat het Grondwettelijk Hof in 1999 had beslist dat tijdelijke kaders "slechts heel uitzonderlijk aanvaardbaar zijn". Sinds 2001 werden ze ieder jaar verlengd. In 2011 "voor de allerlaatste keer", in 2012 "voor de aller-, allerlaatste keer". De woorden zijn van Renaat Landuyt (sp.a) tijdens het debat in 2012. De tijdelijke kaders zouden dus einde dit jaar stoppen. Maar ze worden nu…verlengd! En ineens voor twee jaar, tot 31 december 2015.

De reden is dit keer: de wet op de gerechtelijke hervorming die het aantal gerechtelijke arrondissementen herleidt van 27 naar 12 en die het beheer van die arrondissementen in handen geeft van het gerecht zelf. Die wet leidt tot grotere gerechtelijke arrondissementen, maar alle bestaande postjes blijven behouden. Er zullen maar pas postjes ("kaders", in vakjargon) worden verplaatst na de resultaten van een meting van de werklast van ieder arrondissement. Ten laatste op 31 december 2015 moet geëvalueerd worden hoe het gerechtspersoneel beter kan worden verdeeld over de arrondissementen. Op basis van die werklastmeting dus. En tot zolang blijven de "hoogstuitzonderlijke tijdelijke kaders" behouden.

I.2.7. PLAATSVERVANGENDE RECHTERS

Nederlandstalig Brussel krijgt enkele plaatsvervangende rechters bij. Dat zijn advocaten die tijdelijk kunnen zetelen als rechter. De kaders ven de arbeidsrechtbank en de rechtbank van eerste aanleg krijgen elk één plaatsvervanger bij, de rechtbank van koophandel twee.

I.2.8. NOTARISSEN EN GERECHTSDEURWAARDERS

== Notarissen en gerechtsdeurwaarders moeten een verzekering voor burgerlijke aansprakelijkheid hebben. Volgens de deontologie moet dit nu al, maar het komt in de wet. Bij een schadegeval (door een fout van de notaris bv.) moet de verzekeraar tot 5 miljoen euro schade kunnen vergoeden.

== In de toekomst zal je ook een erfenis kunnen verwerpen bij de notaris. Momenteel kan dat alleen op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg. Wie de erfenis niet moet hebben, bv. om emotionele redenen of omdat er meer schulden aan vasthangen dan ze opbrengt, kan die officieel verwerpen. Dat kan in de toekomst dus ook bij de notaris van Uw keuze.

== Gerechtsdeurwaarders, die niet in hun standplaats verblijven, zullen als ontslagnemend worden beschouwd. Momenteel krijgt een gerechtsdeurwaarder een gemeente toegewezen en daar moet hij kantoor houden. Hij moet immers beschikbaar zijn voor opdrachtgever en schuldenaar. De gerechtsdeurwaarder is echter bevoegd in zijn gerechtelijk arrondissement. Nu de gerechtelijke arrondissementen veel groter worden, is de vrees ontstaan dat gerechtsdeurwaarders elders zullen gaan verblijven dan de gemeente waar ze benoemd zijn. Bijvoorbeeld in de provinciehoofdstad. Daar zijn immers meer opdrachten. Dat zou de grote kantoren bevoordelen. (Lees hier meer over dat probleem).

Als de gerechtsdeurwaarder in de toekomst niet in zijn gemeente verblijft, dan wordt hij als ontslagnemend beschouwd en dan kan de minister van Justitie iemand anders benoemen. Door deze regeling wijzigt de mozaïekwet al de nieuwe wet op de gerechtsdeurwaarders, die nog niet eens in het staatsblad is verschenen. (Zie hier voor meer info over deze nieuwe wet, nvdr).

== In de toekomst zal overigens de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders (en niet meer de plaatselijke kamer van het arrondissement) oordelen of een bepaald feit naar de tuchtcommissie voor de gerechtsdeurwaarders moet worden gestuurd. Zo wil het parlement een ons-kent-ons-mentaliteit tegengaan.

I.3. BURGERLIJK

I.3.1. BURGERLIJKE STAND

De vrederechter zal bepaalde akten van de burgerlijke stand niet meer moeten legaliseren. Dat zal door de minister van buitenlandse zaken gebeuren. Hij doet dit nu al voor buitenlandse akten, hij heeft een dienst legalisatie. Daarom gaan alle legalisaties nu naar de minister van buitenlandse zaken, ook de binnenlandse.

De akten van de burgerlijke stand worden eenvormig gemaakt. Nu doet iedereen dat zo wat op zijn manier, maar als deze sector geïnformatiseerd wordt, dan moet het overal op dezelfde wijze. Daarom bepaalt de mozaïekwet wat in de aktes moet staan. Een aantal tot nu toe verplichte vermeldingen (zoals bv. de geboortedatum en de van de aangever van het overlijden op een overlijdensakte (meestal de begrafenisondernemer), van de woonplaats en de graad van verwantschap van getuigen bij een huwelijk, geboortedatum van de ambtenaar van de burgerlijke stand of van getuigen, van het uur van de opmaak van de akte e.d.) vallen weg.

I.3.2. VZW-WET

== De grote vzw's, zoals bv. Zorgnet Vlaanderen, zullen beter gecontroleerd worden. Ze zullen ook een commissaris moeten aanduiden om hun rekeningen te controleren, zoals dat nu al bij vennootschappen het geval is.

== Stichtingen van openbaar nut, zoals de Koning Boudewijnstichting, kunnen voortaan ook bewindvoerder van gehandicapten en wilsonbekwamen zijn. Een fonds binnen de KBS beheert dan de gelden van het gehandicapt kind in plaats van de ouders en voert ook zelf de taken van de bewindvoerder uit. Het kan dus ook beslissen over het verblijf, de medische zorgen e.d. van het kind. Deze wetswijziging is ingegeven door de vrees van ouders van een gehandicapt kind dat niet meer goed voor dat kind zal worden gezorgd als zij overleden zijn. (Dit is een correctie van deze wet, die eerder werd goedgekeurd, nvdr).

I.3.3. VENNOOTSCHAPPEN

* Vereffening en ontbinding van een vennootschap worden in één akte mogelijk. Dat was al zo, maar door een wijzing van de vennootschapswet in 2012 niet meer. Dat is hiermee rechtgezet.

* Voortaan zal je ook via het internet kunnen bieden op schilderijen, huizen e.d. Nu is dat juridisch gezien nog niet mogelijk.

I.3.4. RECHT VAN OPSTAL

Het recht van opstal wordt uitgebreid. Het zal ook gelden op het dak (zonnepanelen) en onder de grond (garages). Daarmee wordt een verschil in de rechtsleer tussen de beide landsdelen opgelost. In sommige delen van België was daarmee geen probleem, in andere wel.

Juridisch gezien is de eigenaar van de grond eigenaar van al wat er opstaat. Maar wie een gebouw zet op de grond van iemand anders kan daar door het "recht van opstal" eigenaar van worden voor vijftig jaar. Dat geldt strikt juridisch echter niet voor ondergrondse parkings (wegens geen "opstal", maar "onderstal") en evenmin voor zonnepanelen of daktuinen op het dak van je buurman (wegens geen gebouwen: ze worden strikt juridisch gezien eigendom van de eigenaar van het gebouw waarop ze staan).

De rechtspraak en rechtsleer hebben hiervoor wel wat creatieve vindsels bedacht om dit toch mogelijk te maken, maar nu is het dus in de wet geregeld.

I.3.5. ZEESCHEPEN

Zeeschepen zullen niet meer eindeloos aan de ketting moeten liggen als in het buitenland een faillissementsprocedure is gestart tegen de rederij die de schepen bezit. Voortaan kunnen banken zelf in België beslag leggen op zeeschepen, of andere eigenaars op de ladingen, om hun leningen te innen, ook als er in het buitenland een faillissementsprocedure is gestart. Tot nu toe kon dat niet, omdat de curator moest oordelen over de toekomst van de schulden van de rederij.

Een bank die dan een lening had gegeven aan de reder en daarvoor het schip in onderpand had gekregen, moest wachten tot de procedure in het buitenland helemaal was afgehandeld. Dat kan soms jaren duren. In heel die periode moest het schip dan hier in een van onze havens aan de ketting blijven liggen. Het gaat echter om kolossale sommen geld. De Europese Unie besloot daarom dat de banken toch ook onmiddellijk beslag kunnen leggen op zeeschepen hier.

II. DE MOZAIEKWET OVER SLACHTOFFERS

De eerste mozaïekwet voor Justitie ging over de rechten van slachtoffers tijdens de periode van de strafuitvoering. De wet kwam er o.m. na een reeks incidenten in de zaak rond Michelle Martin en Marc Dutroux. Ze werd in oktober gestemd en is - in tegenstelling tot de tweede mozaïekwet - al verschenen in het staatsblad.

Wat was de aanleiding?

Door de wet op de strafuitvoeringsrechtbanken (SURB's) kunnen slachtoffers gehoord worden over de vrijlating van hun dader. Maar daar wordt maar weinig gebruik van gemaakt, in slechts 10% van de mogelijke gevallen. In maatschappelijk belangrijke zaken waren er bovendien incidenten: zo vernamen sommige slachtoffers via de pers dat Michelle Martin was vrijgelaten, zo waren er incidenten omdat de overbrenging van Marc Dutroux naar het Brusselse justitiepaleis voor zijn verzoek om een enkelband te krijgen, te duur was.

Wat verandert de wet?

* Het begrip "slachtoffer" wordt verruimd. Men zal zich geen burgerlijke partij meer moeten stellen om gehoord te worden, alle directe slachtoffers van een misdrijf kunnen gehoord worden door de strafuitvoeringsrechtbank.

* De strafuitvoeringsrechtbank moet haar beslissing "met het snelst mogelijke communicatiemiddel" aan de slachtoffers melden en ten laatste binnen de 24 uur. Nu gebeurt dat nog per brief en die komt soms pas enkele dagen later toe. Daardoor vernemen sommige slachtoffers de vrijlating van hun dader in de pers.

* De wet op de voorwaardelijke invrijheidsstelling (VI) wordt eens te meer verstrengd. De SURB zal rekening moeten houden met de inspanningen die de veroordeelde geleverd heeft om de burgerlijke partijen te vergoeden. En ook met eventuele pogingen van de veroordeelde om zich na de feiten onvermogend te maken om zijn slachtoffers niet te moeten betalen.

* Tijdens de zitting van de strafuitvoeringsrechtbank komt er een specifiek "slachtoffermoment", waar ieder slachtoffer zijn ervaringen en wensen kan voorleggen, maar alleen over de voorwaarden die op hem persoonlijk betrekking hebben. De slachtoffers zullen ook alleen dan bij de debatten aanwezig mogen zijn.

* De zittingen van de strafuitvoeringsrechtbank moeten voortaan plaatsvinden in de gevangenis, de uitspraken altijd in het gerechtsgebouw. Nu beslissen de SURB's nog zelf waar ze zetelen en dat leidde in de zaak-Dutroux tot dure verplaatsingen van Dutroux en Lelièvre. In de toekomst kunnen ze dus niet meer kiezen.

* De slachtoffers kunnen op kosten van de Belgische staat worden bijgestaan door een tolk.

*****************************************

Lees ook naar aanleiding van deze mozaïekwet:

Antwerps Hof wil advocaten die procedures misbruiken beboeten

De Belgische Salduzwet

Terbeschikkingstelling ter discussie

Professor Vermeulen: "Europees justitiebeleid is zonder meer triest"

Deurwaarders willen geen grotere gerechtelijke arrondissementen

Deurwaarders krijgen nieuw statuut

Kamer hervormt statuut van wilsonbekwamen

*****************************************

Lees ook over eerdere mozaïekwetten van Turtelboom:

De mozaïekwet over elektronisch toezicht

De mozaïekwet over slachtoffers en wapens

De mozaïekwet over strafverzwaring

De mozaïekwet over het uitstel van diverse wetten

*****************************************

Het recentste nieuws over het justitiebeleid vindt U door in de functie "zoeken" rechtsboven op deze site of op "Google geavanceerd zoeken" de letters JDW en Uw gezocht item in te tikken.

*****************************************

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

MEER OVER